Wat is het juiste lidwoord: de of het antwoord?

Het juiste lidwoord bij het woord antwoord is altijd ‘het’. Je zegt dus “het antwoord” en niet “de antwoord”. Dit komt omdat “antwoord” een onzijdig zelfstandig naamwoord is. Wil je meer weten over andere lastige lidwoorden? Bekijk dan onze overzichtspagina met het-woorden voor extra uitleg en voorbeelden.

De of het antwoord: zo kies je altijd het juiste lidwoord

Bij sommige Nederlandse woorden twijfel je vaak tussen ‘de’ of ‘het’ als lidwoord. Voor het woord ‘antwoord’ hoef je gelukkig niet te twijfelen: het is altijd “het antwoord”. Net als bij andere abstracte, onzijdige woorden zoals “het probleem” of “het idee” kies je steevast voor “het”. Wil je oefenen met meer van dit soort woorden? Kijk dan eens op onze lijst met ‘het-woorden’.

Uitleg over de regel bij de of het antwoord

Of je het lidwoord ‘de’ of ‘het’ gebruikt, hangt af van het geslacht van het zelfstandig naamwoord. “Antwoord” is een onzijdig (onzijdig) zelfstandig naamwoord. Onzijdige woorden – denk aan “het boek”, “het huis” of “het rapport” – krijgen altijd ‘het’. Dit is een standaardregel in het Nederlands. Om het jezelf makkelijk te maken kun je meer lezen over de regels voor lidwoorden.

Waarom is het het antwoord en niet de antwoord?

De keuze voor “het antwoord” komt door de oorsprong van het woord en het soort zelfstandig naamwoord. Woorden met één lettergreep die geen mensen aanduiden, zijn vaak onzijdig en dus ‘het-woorden’. Ook veel abstracte woorden, zoals ‘antwoord’, ‘advies’ of ‘gevoel’, zijn standaard ‘het-woorden’. Dit betekent dat ‘de antwoord’ geen correcte vorm is, dus altijd kiezen voor “het antwoord”. Kijk voor meer voorbeelden ook eens bij het juiste lidwoord bij ‘idee’.

Veelgemaakte fouten rondom de of het antwoord

In de praktijk wordt de keuze voor ‘de’ of ‘het’ regelmatig verkeerd gemaakt, zowel door Nederlanders als door mensen die Nederlands leren. Een veelvoorkomende fout is het gebruik van ‘de’ voor abstracte woorden die eigenlijk onzijdig zijn. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij woorden als ‘antwoord’, ‘probleem’ of ‘niveau’. Oefenen helpt om deze fouten te voorkomen. Check ook de lijst meest gemaakte taalfouten in het Nederlands voor meer herkenbare voorbeelden.

Tips om de of het antwoord goed te onthouden

Wil je nooit meer twijfelen over “de of het antwoord”? Maak gebruik van ezelsbruggetjes en leer vaste combinaties uit je hoofd. Spreek vaak ‘het-woorden’ hardop uit, zoals “het huis”, “het boek” en “het antwoord”—zo ontwikkel je een automatisme. Schrijf twijfelgevallen op of maak een persoonlijk lijstje. Op onze pagina met het-woorden vind je handige overzichten om te oefenen.

Veelgestelde vragen over de of het antwoord

Hieronder vind je antwoorden op veelgestelde vragen over het juiste lidwoord bij “antwoord”. Blijft je vraag onbeantwoord? Bekijk dan het volledige overzicht over de of het antwoord op onze site.

• 1. Hoe weet ik of een woord ‘de’ of ‘het’ krijgt?
  Dit ontdek je vooral door veel te oefenen. Sommige regels zijn er wel, maar er zijn behoorlijk wat uitzonderingen. Gebruik naslagwerken als het Groene Boekje of zoek twijfelgevallen online op.
• 2. Is er een trucje om ‘de of het antwoord’ te onthouden?
  Een handig ezelsbruggetje: abstracte woorden als ‘antwoord’, ‘gevoel’ en ‘advies’ zijn meestal ‘het-woorden’.
• 3. Wanneer zeg je ‘het goede antwoord’?
  Je zegt altijd ‘het goede antwoord’, omdat ‘antwoord’ een ‘het-woord’ is in het Nederlands.

Conclusie: de of het antwoord?

Samenvattend: je gebruikt altijd “het antwoord”, nooit “de antwoord”. Het woord “antwoord” volgt de standaardregel voor onzijdige zelfstandige naamwoorden. Wil je meer leren over lidwoorden en andere Nederlandse grammatica? Lees dan verder op de pagina alles over lidwoorden in het Nederlands of bekijk het overzicht van alle het-woorden. Onthoud: voor “antwoord” is het juiste lidwoord altijd “het”, dus kies bij twijfel altijd voor “het antwoord”.